Literatuur in Nederland. Na De Grote Drie (Reve, Hermans, Mulisch), Bernlef en de veelbelovende, maar veel te korte carrière van Karel Glastra van Loon is er een nieuwe ster waarvan ik alles moet (hebben en) lezen. Zijn naam is Alex Boogers. Schrijver van beroep omdat het moet.
“De novelle ingeleverd,” twitterde Boogers vandaag even over zessen als begeleiding bij bovenstaande video. De titel van de kersverse novelle luidt “Wanneer De Mieren Schreeuwen” en gonst al enige tijd in mijn hoofd.
Een introductie van Alex Boogers is op zijn plaats.
Een talentvolle vechter binnen en buiten de ring en in díe fase van zijn carrière dat zijn laatste boek nog altijd zijn beste is. Dat is “Alle Dingen Zijn Schitterend” en dat wordt naar alle waarschijnlijkheid “Wanneer De Mieren Schreeuwen”.
‘Op 1 februari 2003 verliezen zeven mensen het leven in een spaceshuttle, tijdens een missie die de mensheid iets moet leren over de geheimen van het universum. Op dezelfde dag speelt een jongen met zijn vrienden in de sneeuw op het dak van een parkeergarage. Ook hij zal die dag niet overleven.
In de novelle Wanneer de mieren schreeuwen krijgt het dertienjarige voetbaltalent Socrates een stem via zijn neef Gabriel, die over hem vertelt aan scholieren, studenten en kinderen uit ontwrichte gezinnen. Het is het verhaal van de jongen die eindeloos op straat voetbalt, interesse krijgt in meisjes, en ervan droomt om profvoetballer te worden, net zoals al die andere jongens. Maar aan zijn toekomst komt abrupt een einde als hij betrokken raakt bij een sneeuwballengevecht.’
“Wanneer de mieren schreeuwen herinnert ons eraan hoe fragiel het leven is, en hoe gebeurtenissen op onvoorspelbare wijze kunnen samenvloeien,” meldt zijn uitgever. Alex Boogers baseerde deze indringende novelle op de tragische dood van de Rotterdamse jongen Sedar Soares.
Ik heb te lang gezwegen. Te vaak toegekeken.
Er bestaat een boeddhistisch verhaal over een Indiase monnik die naar China reisde om in een grot negen jaar naar het geschreeuw van de mieren te luisteren. Ik ben negen jaar stil geweest. Ik heb tot God gebeden. Ik had gehoopt dat Hij mijn hart tot rust kon brengen. Ik weet wat de monnik gehoord moet hebben. Wanneer je zo stil bent dat je de mieren hoort schreeuwen weet je dat het moment gekomen is om te getuigen.